Logboek definiëren

Via een logboek in een project kunnen projectdeelnemers berichten met elkaar uitwisselen. Standaard bestaat een logboekbericht uit een veld met de naam van degene die het bericht toevoegt, een veld met de datum waarop het bericht wordt toegevoegd en het berichtveld zelf. Je kunt echter ook je eigen opmaak definiëren voor logboekberichten.

 

	Tip
	In Portfoliosjablonen beheren: lees in plaats van 'project' of 'projectsjabloon': 'portfoliosjabloon'.

 

Navigatie

 

Om een logboek te definiëren:

 

1. Klik met de rechtermuisknop op Logboek, en kies Logboek beheren .

 

	Tip
	In Portfoliosjablonen beheren: klik met de rechtermuisknop op het portfoliosjabloon, en kies Logboek beheren .

 

Er verschijnt een venster waarin je de opmaak van logboekberichten kunt definiëren.

2. Geef onder het kopje Verplicht invoerveld in het veld Naam eventueel een andere naam op voor het veld waarin het bericht wordt getypt, bijvoorbeeld Commentaar.
    

3. Hierna volgen een aantal velden die je optioneel kunt opnemen in logboekberichten (zie de aanvullende onderwerpen). De velden worden toegevoegd onder het berichtveld en projectdeelnemers zijn verplicht ze in te vullen als ze zijn toegevoegd.

 

Om een optioneel veld op te nemen: vink voor dat veld de optie In logboek tonen aan en geef een naam en eventueel waarden op.
 

4. Klik op Voorbeeld weergeven om een voorbeeld van een logboekbericht met de nieuwe opmaak te bekijken.
    

5. Klik op OK om de definitie te bewaren.

Aanvullende onderwerpen

• Vereiste instellingen

  de optie Logboek gebruiken in de project- of projectsjablooneigenschappen   Tip   Je stelt het gebruik van een logboek als volgt in: selecteer het project(sjabloon) en kies Meer > Eigenschappen , vink de optie Logboek gebruiken aan, en klik op OK.

   

• Overzicht optionele velden

  Veldnaam Toelichting Optioneel selectieveld Gebruik dit veld als je een keuzelijst, of een gewoon invoerveld waarin de gebruiker zelf een tekst invoert, wilt opnemen.   Geef een naam op voor het veld, bijvoorbeeld Stemming.   Voor een keuzelijst: vink Voorgedefinieerde waarden gebruiken aan, klik in het veld Waarden, geef de waarden op, en klik op OK.   Tips   Om waarden in te voeren: klik in het veld <Nieuwe waarde>, voer de eerste waarde in en druk op Enter, klik nogmaals in het veld <Nieuwe waarde>, voer de volgende waarde in en druk op Enter, enzovoort. Geef als waarden bijvoorbeeld Goed, Matig, Slecht op.   Voor een invoerveld: zorg ervoor dat het veld Voorgedefinieerde waarden gebruiken is uitgevinkt. Optioneel datumveld Gebruik dit veld als je een veld wilt opnemen waarbij de gebruiker een datum kan selecteren.   Geef een naam op voor het veld, bijvoorbeeld Verwachte einddatum. Eerste optionele invoerveld Gebruik dit veld als je (nog) een invoerveld wilt opnemen waarin de gebruiker zelf tekst kan typen.   Geef een naam op voor het veld, bijvoorbeeld Documentnaam. Tweede optionele invoerveld Gebruik dit veld als je (nog) een invoerveld wilt opnemen waarin de gebruiker zelf tekst kan typen.   Geef een naam op voor het veld.